In december heeft Staatsbosbeheer de Gouden Mispel van de Vereniging Nederlands Cultuurlandschap (VNC) in ontvangst mogen nemen. Deze prijs wordt jaarlijks uitgereikt aan personen of organisaties die een uitzonderlijke bijdrage hebben geleverd aan de bescherming of ontwikkeling van het Nederlands cultuurlandschap. Een terechte verdienste voor het werk van Staatsbosbeheermedewerkers én -vrijwilligers in het Rivierengebied-Oost.
Staatsbosbeheer was voor de Gouden Mispel genomineerd omdat we als organisatie zorg dragen voor talloze cultuurhistorische elementen in de natuurlandschappen. Daarvoor heeft Staatsbosbeheer adviseurs in dienst, die op de waarde van deze cultuurhistorische elementen letten en zorgdragen voor de verdere ontwikkeling van het terrein. En daarnaast aandacht geven aan het uitdragen van het bijbehorende verhaal.
Dankzij de vrijwilligers
Seline Geijskes, adviseur Landschap en Cultuurhistorie nam namens Staatsbosbeheer de prijs in ontvangst, onder andere voor de aanplant van een nieuwe koortsboom en herstel van de motte Mergelpe en oude steenfabrieken. De wijze waarop zij dit doet, met oog voor detail, kennis én de menselijke maat, heeft de VNC geraakt. Seline zelf roemde juist de inzet van vele betrokken vrijwilligers: “Zij zijn het die de bomen knotten, de oude laantjes onderhouden, de verhalen doorvertellen. Ze zijn van onschatbare waarde. Dankzij hen kunnen wij onze cultuurhistorische monumenten in stand houden. Het liefst zou ik de Gouden Mispel aan onze vrijwilligers doorgeven.”
Burchten
Een van die vrijwilligers is Nico Heemskerk. Hij is nestor en coördinator van een kleine groep vrijwilligers die werken op en om de Duivelsberg, waar de eerder genoemde mottes zich bevinden. Nico: “Ik ben nu zo’n acht jaar vrijwilliger bij Staatsbosbeheer. Met een klein groepje onderhouden we de wandelroutes en de routepaaltjes, maar ook de paden zelf. De ligging van de paden hier is in 1970 zo bepaald en we houden het naar die routering in stand. Het terrein is hier behoorlijk steil, dus voorkomen wij dat paden uitslijten en onderhouden we de trappen in het gebied.” In het gebied liggen twee mottes, voormalige versterkte uitkijkposten waarop in het verleden houten burchten stonden. “Wij onderhouden de uitkijkpunten, de trappen ernaartoe en de heggen. We herstellen de oude historische paden, de eeuwenoude zogenaamde holle paden, die vroeger bewandeld werden en in de loop van de tijd zijn dichtgeslibd door regen, bladval en omgevallen bomen. Deze paden worden weer open gemaakt en begaanbaar gemaakt voor de huidige recreanten. We houden de begroeiing bij, zodat er geen sluippaadjes ontstaan en de heuvels intact blijven.”
Gewaardeerd
De uitreiking van de Gouden Mispel wordt door Nico en zijn team op prijs gesteld: “We vinden het bijzonder dat het onderhoud van dit cultuurhistorisch belangrijke gebied wordt gezien en gewaardeerd. Dat al die jaren dat we ermee bezig zijn zo wordt bekroond."
En wat doe je als je zo’n prijs gewonnen hebt? “Er blijft werk genoeg. Het terrein, ook al is het maar vier vierkante kilometer, is erg arbeidsintensief. De komende maanden gaan we een brug vervangen, over de filosofenbeek.” Reden genoeg om het gebied eens te bezoeken. En de vrijwilligers heten mensen graag welkom: “We werken elke woensdag en vrijdag met twee man in het gebied, en geven graag een rondleiding over dit stuwwallengebied als er groepen geïnteresseerd zijn. Vooral in de lente en de zomer is het hier prachtig. Ook als je op eigen houtje het gebied wilt verkennen: Natuurroute 70 die door het gebied loopt, wordt door liefhebbers spectaculair genoemd.”